Bevolkingsregisters

In de bevolkingsregisters werd geregistreerd wie op een bepaald moment op een specifiek adres woonde. U kunt daarin de gezinssamenstelling vinden, inclusief bijvoorbeeld de dienstmeid of een inwonend student. Daarnaast vindt u onder meer vermelding van voormalig adres, beroep, kerkgenootschap en waarheen ze verhuisden. Het bevolkingsregister bevat dus meer informatie dan de burgerlijke stand.

Sinds 1850 registeren gemeenten in Nederland hun inwoners. Vóór 1850 hield men af en toe een volkstelling, waarin bij uitzondering verhuizingen werden gemeld. Na 1850 werden alle verhuizingen bijgehouden. U kunt een persoon of gezin vanaf die periode dus helemaal volgen. 

Bevolkingsregisters stad Utrecht

Wij bewaren de bevolkingsregisters van de stad Utrecht vanaf 1850 tot aan 1936. U kunt de bevolkingsregisters van de stad Utrecht 1850-1912 online inzien via de toegang personen. Zoek op achternaam en vink bij bron 'persoon in bevolkingsregister' aan. De overige registers van de stad Utrecht zijn alleen beschikbaar in de studiezaal. De bevolkingsregisters van de (voormalige) gemeenten Haarzuilens, Jutphaas, Oudenrijn, Veldhuizen, Vreeswijk en Zuilen kunt u raadplegen in de studiezaal.

 

Registratie bevolking na 1936

De bevolkingsregisters stopten in 1936. Van iedere inwoner werd een persoonskaart gemaakt. Na het overlijden gaat een kopie van deze persoonskaart naar het CBG, tegenwoordig Centrum voor Familiegeschiedenis. U kunt daar een kopie van opvragen van de persoonskaart. 
Kijk hier voor meer informatie over het CBG, de informatie die u aantreft op een persoonskaart en het aanvragen van persoonskaarten. 

  

Tips

  • Tip

    Het bevolkingsregister is vòòr 1912 meestal geordend op adres. Noteer daarom het adres dat u vindt in een geboorte- of overlijdensakte.

  • Tip

    Eens in de tien jaar werden vanaf 1850 alle bewoners in de stad Utrecht per adres geregistreerd. Iemand die bijvoorbeeld van 1840 tot 1912 in Utrecht leefde komt daarom minstens 5 keer voor in het bestand bevolkingsregisters of nog vaker als die persoon vaak verhuisde.

  • Tip

    Namen en geboortedata werden door de ambtenaar die langs de deuren ging vaak slordig genoteerd omdat men snel moest werken. Bij het invoeren van gegevens gaan we daarom altijd uit van wat er in de bron staat, ook als dat aantoonbaar onjuist is. 

  • Tip

    Behalve namen zijn ook de adressen ingevoerd. U kunt hierop zoeken maar voer alleen de straatnaam in zonder huisnummer (in het veld "alle velden"). Bij adressen zijn zowel de oude benamingen met wijkletters en wijknummers als nieuwe straatnamen en huisnummers ingevoerd. Dit systeem begint vanaf 1880 voor huizen buiten de singels. Voor huizen binnen de singels begint dit vanaf 1890.Alleen voor de Oudegracht werd in 1917 nog een omnummering van de huisnummers doorgevoerd.  

  • Tip

    Tot ongeveer 1890 bestaat het adres uit een wijkletter en een doorlopend nummer binnen de wijk. Pas later nummerde men de huizen per straat. U kunt het latere adres te weten te komen via een omnummeringslijst op onze studiezaal of digitaal via de links in onderstaand informatieblok.