Archieven Het Utrechts Archief Het Utrechts Archief

Uw zoekacties: Familie Van Lynden van Sandenburg

11-1 Familie Van Lynden van Sandenburg

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
Het archief
De familie Van Lynden van Sandenburg
11-1 Familie Van Lynden van Sandenburg
Inleiding
De familie Van Lynden van Sandenburg
De familie Van Lynden van Sandenburg is een tak van het geslacht Van Lynden, protestant en afkomstig uit de Betuwe, en waarvan de hoofdtak op het kasteel Hemmen gevestigd is geweest, maar in 1931 is uitgestorven.
De eerste Van Sandenburg was Gijsbert Carel Cornelis Jan baron van Lynden van Sandenburg, geboren te 's- Gravenhage op 20 februari 1767 en overleden te Utrecht op 3 augustus 1850. Hij was het zevende kind en de derde zoon van Willem Frans Godart baron van Lynden van Hemmen en Anna Wilhelmina gravin van Hogendorp. Hij werd beleend met Sandenburg in 1792, nadat hij het had gekocht van Barend Hendrik baron van Reede van Oudshoorn, en met Walenburg in 1803, na koop van Joachim van Vliet. Bij Koninklijk Besluit van 2 juni 1822, no. 61, werd voor hem en al zijn wettige nakomelingen de titel van baron erkend. Hij huwde te Utrecht op 31 oktober 1797 met Benudina Maria de Beaufort (1771-1813), uit welk huwelijk vijf kinderen voortkwamen, onder wie als derde Frederik August Alexander Carel.
Reeds op 15-jarige leeftijd trad hij in militaire dienst, en wel bij de Gardes du Corps van stadhouder Willem V. In 1787 werd hij brigadier van de Gardes. Van 1792 tot 1795 was hij vanwege de ridderschap van Utrecht gecommitteerd als lid der Staten van Utrecht, als gewoon lid in het provinciale Hof en in de Admiraliteit van Amsterdam. In 1795 werd hij van al zijn ambten ontheven, waarna hij tot 1802 als ambteloos burger leefde. Van dat jaar tot de onafhankelijkheid vervulde hij verscheidene openbare ambten, en na 1814 werd hij lid van de Provinciale Staten voor de ridderschap van Utrecht, en later tevens lid van de Gedeputeerde Staten, welke functie hij tot zijn dood vervuld heeft.
Frederik August Alexander Carel baron van Lynden van Sandenburg werd geboren te Utrecht op 18 oktober 1801 en overleed op Sandenburg op 30 juni 1855. Hij studeerde sedert september 1818 rechten te Utrecht, waar hij in 1822 promoveerde op de dissertatie De jure eminenti. Hij huwde te 's-Gravenhage op 16 april 1823 met Anna Wilhelmina barones van Spaen (1801-1836). Uit dit huwelijk werden vier dochters en één zoon, Constantijn Theodoor, geboren. Hij hertrouwde te Amsterdam op 14 april 1842 met Catharina Melvil (1805-1882), uit welk huwelijk drie zoons voortkwamen, onder wie Robert Melvil baron van Lynden, minister van buitenlandse zaken van 1901-1905. Na zijn studie koos hij een juridische loopbaan. In 1824 begon hij een advocatenpraktijk te Utrecht doch werd reeds in 1828 benoemd tot substituutofficier bij de rechtbank van eerste aanleg.
In 1838 werd hij benoemd tot raadsheer bij het provinviaal gerechtshof, van welk college hij in 1848 tot vice-president aangesteld werd. In 1844 en 1845 was hij waarnemend rijksadvocaat in de provincie Utrecht. Daarnaast vervulde hij een groot aantal nevenfuncties. Hij werd in 1824 benoemd tot adjunct-houtvester van het Tweede Jachtdistrict in de provincie Utrecht, totdat hij in 1841 bevorderd werd tot houtvester van datzelfde district. Hij werd in 1825 lid van de ridderschap, vanwaaruit hij gekozen werd tot lid van de Provinciale Staten. Vanuit dat college werd hij wederom verkozen tot gedeputeerde. In 1845 is hij korte tijd waarnemend gouverneur van de provincie Utrecht geweest. Bij de grondwetswijziging van 1840, noodzakelijk na de afscheiding van België, was hij lid van de in dubbele getale opgeroepen Tweede Kamer der Staten-Generaal. Als grootgrondbezitter werd hij in 1827 gekozen tot hoogheemraad van het hoogheemraadschap van de Lekdijk Bovendams.
Constantijn Theodoor baron, later graaf van Lynden van Sandenburg werd te Utrecht op 24 februari 1826 geboren en overleed op Sandenburg op 8 november 1885. Hij studeerde rechten te Utrecht van 1844 tot 1848, in welk jaar hij promoveerde op de dissertatie Inquisitio an matrimonio ducis de Montpesier pax Rheno Trajectina violata dici possit?. Hij huwde te Amsterdam op 21 mei 1852 met Elisabeth Machtelina van Persijn (1828-1866), uit welk huwelijk geen kinderen voortkwamen. Hij hertrouwde te De Bilt op 4 juni 1868 met Wilhelmina Elisabeth Charlotta barones van Boetzelaer van Dubbeldam (1837-1905). Uit dit huwelijk werd één zoon geboren: Frederik Alexander Carel. Bij Koninklijk Besluit van 24 augustus 1882 werd hij tot graaf verheven. Evenals zijn vader vestigde hij zich als advocaat te Utrecht. Ook werd hij waarnemend rijksadvocaat in de provincie Utrecht (1854-1867). Van 1856 tot 1867 was hij rechter plv. in de arrondissementsrechtbank te Utrecht. Vanaf 1860 was hij lid van de Provinciale Staten van Utrecht. Tot de aanvaarding van zijn benoeming tot minister in januari 1868 was hij hoogheemraad van het hoogheemraadschap van de Lekdijk Bovendams en heemraad van het waterschap Nederlangbroek, Hardenbroek en Sterkenburg.
Zijn parlementaire loopbaan begon in 1866, toen hij door het hoofdkiesdistrict Arnhem naar de Tweede Kamer werd afgevaardigd. Hij nam daar plaats onder de anti-revolutionaire groepering, en wel tot januari 1868, toen hij minister werd van Hervormde en andere erediensten in het ministerie Van Zuylen van Nijevelt. Hij bleef dit tot de val van dat ministerie in juni 1868. Van 1869 tot 1874 had hij zitting in de Tweede Kamer voor het hoofdkiesdistrict Tiel. Als minister van justitie in het tweede ministerie Heemskerk (1874-1877) reorganiseerde hij de rechtelijke macht en beperkte o.a. het aantal gerechtshoven, rechtbanken en kantongerechten. Twee jaar later trad hij op in het naar hem genoemde kabinet als minister van buitenlandse zaken (1879-1881) en, na het aftreden van S. Vissering, als minister van financiën (1881-1883). Bij zijn aftreden werd hij bij Koninklijk Besluit van 29 april 1883 benoemd tot minister van staat, terwijl de Provinciale Staten van Utrecht hem in augustus 1883 tot lid der Eerste Kamer verkozen, welke functie hij tot zijn dood bleef bekleden.
Frederik Alexander Carel graaf van Lynden van Sandenburg werd geboren te 's-Gravenhage op 17 november 1873 en overleed aldaar op 25 december 1932. Hij studeerde rechten van 1892 tot 1899 te Utrecht, waar hij promoveerde op de dissertatie Eenige beschouwingen over interventie in het internationaal recht. Hij huwde te Laren (Gld.) op 4 januari 1900 met Gerardine Cornilie barones van Nagell van Ampsen (1878-1946), uit welk huwelijk drie kinderen geboren werden, onder wie één zoon: Constant Theodoor Emmo.
Hij was kantonrechter plv. te Wijk bij Duurstede van 1900 tot 1905, lid van Provinciale Staten van Utrecht van 1909 tot 1914 en lid van Gedeputeerde Staten van Utrecht van 1905 tot 1914. Van 1914 tot 1920 was hij commissaris van de koningin in de provincie Utrecht, in welke functie hij nauw betrokken was bij de opvang van de gevluchte keizer van Duitsland Wilhelm II. Uit deze ambtelijke contacten is een goede persoonlijke relatie gegroeid met de voormalige keizer. Van 1928 tot aan zijn dood was hij vice-president van de Raad van State. In die functie heeft hij de herdenking van het 400-jarige bestaan van de Raad van State meegevierd. In 1929 heeft hij nog gepoogd een kabinet te formeren. Ook hij heeft een groot aantal nevenfuncties vervuld. Hij was lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal van 1909 tot 1913, kamerheer van de koningin vanaf 1903, en opperkamerheer vanaf 1920 tot 1932. In 1927 en 1928 was hij grootmeester van het huis van prinses Juliana, in welke functie hij belast was met het toezicht op het verblijf en de universitaire opleiding te Leiden van prinses Juliana. Tevens heeft hij zitting gehad in een groot aantal staatscommissies op staatsrechtelijk gebied. Ook in het niet-ambtelijke leven heeft hij veel activiteiten ontplooid.
Slechts van enkele van deze activiteiten is de schriftelijke neerslag in dit archief terug te vinden. Zo was hij van 1901 tot 1909 commissaris van de "Maatschappij van Nassau la Lecq tot exploitatie van onroerende goederen" en van 1921 tot 1928 voorzitter van de commissie van beroep van de bond van Verenigingen voor Christelijk Middelbaar en Voorbereidend Hoger Onderwijs.
Het huis
Geraadpleegde literatuur
Geraadpleegde archieven
Raadpleging
Bewerkingsgeschiedenis
Bijlagen
Concordantie op stukken afkomstig uit het familiearchief Van Spaen
Concordantie op stukken afkomstig uit het archief van de N.V. Maatschappij van Nassau la Lecq tot exploitatie van onroerende goederen
Genealogie Van Lynden
Erfgoedstuk
Alfabetische index op namen van personen
N.B. In deze index zijn de namen opgenomen van personen die in de inventaris worden vermeld, alsmede de namen van de personen, die in de inv.nrs. 24, 25, 49, 81, 82, 87, 88, 90 en 106 van het familiearchief Van Lynden van Sandenburg voorkomen. De cursieve nummers hebben betrekking op het archief Van Persijn
Erfgoedstuk
Erfgoedstuk

Kenmerken

Datering:
1787-1948
Toegangstitel:
Inventaris van het archief van de familie Van Lynden van Sandenburg (1531) 1787-1948
Auteur:
H.A.J. van Schie
Datering toegang:
1976
Datering bewerking:
2010
Rechtstitel:
Schenking (van een niet overheidsarchief)
Omvang:
2,94 m oude verpakking
Rubrieken:
Thema trefwoorden: