Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.
Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:
• Kenmerken van het archief • Inleiding op het archief • Inventaris of plaatsingslijst • Eventueel bijlagen
De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.
De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.
De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.
Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.
Schulden en renten van schulden van en andere betalingen door het kapittel
NB:
Lijfrenten komen alleen voor in de rekeningen van de Bona divisa, in twee afdelingen, namelijk die in 1530 en anders verkocht zijn, en die verkocht zijn ten tijde van de eerste troebelen. Het hoofd van de tweede afdeling wordt in de rekening over 1602, bij vergissing, weggelaten, en de houdster van de laatste lijfrente is in 1628 overleden. Losrenten van 1536 en later komen in de rekeningen van de Grote Kamer en van de Bona divisa. In het register van de losrenten komen aantekeningen voor over assignaties, die aan vicarissen gegeven zijn om renten in de plaats van vicarie-goederen, die verkocht zijn om daarmede renten, door het kapittel verschuldigd, te lossen. Het gevolg van deze en dergelijke manipulaties is geweest, dat omstreeks 1675 op de renten bijna uitsluitend vicarieën, fondsen en beurzen recht hadden. In de rekening van 1681 komt dan voor eerst een nieuwe categorie voor. Er blijkt land verkocht te zijn van een lot uit de Kleine Kamer en de houder van het lot wordt schadeloos gesteld met een rente. Dit gebeurt steeds meer. De te betalen renten staan in de rekeningen van de Bona divisa, de ontvangen koopsommen onder de extraordinaris ontvangsten van de Fabriek, zonder dat deze kapittels bij de balans aan het eind van de rekening van de vier kamers nog eens apart worden vermeld, zodat ze onder de gewone inkomsten zijn verdwenen. De renten van de vicarieën staan in de rekeningen daarvan in ontvangst, in de Bona divisa, in een drietal verzamelposten, onder de uitgaven, maar sinds de kanunniken de goede sloten van beide rekeningen desverkiezende verdeelden, was dit een noodeloos ingewikkelde methode. Vanaf 1676 gebruikt men de vorm van de obligatie in de plaats van die van de rentebrief.