Het Utrechts Archief Het Utrechts Archief

Uw zoekacties: Entertainment committee te Utrecht

713-9 Entertainment committee te Utrecht

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
Het Entertainment Committee Utrecht werd vlak na de bevrijding van de stad opgericht door de samenwerking van een aantal instanties, zoals het Interkerkelijk overleg (I.K.O), de stichting Nederlands Volksherstel (N.V.H.), de Unie van vrouwelijke vrijwilligers (U.V.V.), verschillende studenten- en sportorganisaties, de Utrechtse jeugdraad en het gemeentebestuur. Het doel van het comité was het de geallieerde militairen tijdens hun verblijf te Utrecht zo aangenaam mogelijk te maken en anderzijds de ontspanning 'in zoodanige banen te leiden, dat zij niet tot aanstootgevende uitwassen zal leiden'. Om dit doel te bereiken werd onmiddellijk een werkcommissie ingesteld, waarin vertegenwoordigers van de samenwerkende organisaties zitting hadden.
Voor de verschillende aspecten van het te verrichten werk werden subcommissies gevormd: een sociale commissie, een bureaucommissie, die de zorg had voor de administratie, een cafécommissie, een theatercommissie, die de organisatie van de diverse toneel- en cabaretuitvoeringen op zich nam, een geestelijke ontspanningscommissie, een excursiecommissie, een sportcommissie en propagandacommissie. De leden van de verschillende commissies verrichtten hun werk geheel op basis van vrijwilligheid. Dit was ook het geval met de door het comité in groten getale aangetrokken medewerkers en medewerksters, die tot taak hadden op feestavonden en dergelijke de militairen bezig te houden. Zij stonden onder leiding van, eveneens vrijwillig werkende, hosts en hostesses, die onder meer de zorg hadden voor de goede gang van zaken. Voor het administratieve werk op het bureau had men enige betaalde krachten in dienst.
In de paar maanden van zijn bestaan heeft het comité vele activiteiten ten behoeve van de geallieerde soldaten ontplooid. Verschillende Utrechtse cafés en restaurants werden ingericht als militaire clubs. Van de overheid, met name het militair gezag, werden faciliteiten verkregen voor wat betreft de levering van de verschillende grondstoffen die nog gerantsoeneerd waren. Er werden toneel- en cabaretvoorstellingen gegeven in de schouwburg, het N.V.-huis en andere gebouwen die speciaal ten behoeve van de strijdkrachten waren gerekwireerd. Excursies, sportwedstrijden en bridgedrives werden georganiseerd. Een evenement was de Canadees-Nederlandse sportweek die van 17 tot 25 november 1945 duurde. Een plan om een serie lezingen door hoogleraren en lectoren van de universiteit te doen houden kon niet verwezenlijkt worden door het plotselinge vertrek van een groot aantal Canadese troepen.
De reeds vermelde excursies werden onder meer mogelijk gemaakt door de betrekkingen met soortgelijke comités in andere steden en met name met het overkoepelend orgaan het Entertainment Committee of the Netherlands, onder wiens leiding ook het Utrechtse comité zich had geplaatst. Het nog vrij onverwachte einde van de Tweede Wereldoorlog had een snelle demobilisatie van de geallieerde militairen tot gevolg. Zij, die nog in dienst bleven, werden voor het overgrote deel in Duitsland gelegerd. Daardoor werd met name aan het Utrechtse Entertainment Committee zijn bestaansgrond ontnomen. Plannen om het werk voort te zetten, maar dan ten behoeve van de Nederlandse soldaten, konden niet verwezenlijkt worden. Eind december 1945 werd het comité opgeheven. Het archief (omvang 0,4 m) is daarna overgebracht naar het (voormalige) Gemeentearchief Utrecht, waar het werd geïnventariseerd door J.C. Andries. De inventaris van Andries, in 1969 gepubliceerd als onderdeel van deel 2 van de Gebundelde inventarissen van het Gemeentearchief, is in 2002 waar nodig voorzien van deelbeschrijvingen.
Inventaris

Kenmerken

Datering:
1945-1946
Toegangstitel:
Inventaris van het archief van het entertainment committee te Utrecht 1945-1946
Auteur:
J.C. Andries
Datering toegang:
1969 / 2002
Openbaarheid:
Volledig openbaar
Rechtstitel:
Schenking (van een niet overheidsarchief)
Omvang:
0,38 m zuurvrije dozen
Thema trefwoorden:
Categorie:
Archiefvormer(s):
Gevonden archiefstukken
Uw zoekterm komt voor in de titel en/of de kenmerken van deze archieftoegang.