N.B. Uitwendige vorm: Folio 2 is eigenlijk folio 1 van de oude foliering en correspondeert met het eerst genoemde stuk in de inhoudsopgave. Boven aan deze folio is het slot van een akte die niet in zijn geheel is opgenomen en vervolgens doorgestreept. Dit geeft aan dat in ca. 1456 de voor die tijd ‘relevante’ stukken verzameld werden, gebonden en voorzien van foliering en inhoudsopgave. De soms oudere aanwezige foliering werd dan ook doorgestreept.
N.B. Uitwendige vorm: De katernen zijn in de 15e eeuw bij elkaar gebracht (wellicht dateert de aanduiding ‘diversorium’ van dat moment). Sommige afschriften zijn hergebruikt als minuten van uitgaande stukken. De stukken vormen geen doorlopende reeks. De katernen zijn gebonden zonder echte chronologische volgorde; soms, buiten de chronologie om, is er sprake van thematische of onderwerpsgewijze katernen. In veel gevallen betreft het oorspronkelijk losse bij elkaar gebonden stukken. Er is een oude nummering van de folio’s in Romeinse cijfers aangebracht (rechtsboven) en een latere nummering, ook in Romeinse cijfers (midden boven).
N.B. Uitwendige vorm: De stukken met de oude Romeinse foliering (rechtsboven) 89-149 ontbreken, terwijl zij wel worden genoemd in de inhoudsopgave (tussen f. 93v en 94 in potlood).
N.B. Uitwendige vorm: De folio’s 94-99v zijn niet in de inhoudsopgave opgenomen maar hebben de oude Romeinse nummering (rechtsboven): ‘noch CXLIII’
N.B. Uitwendige vorm: Folio 140 is een los stuk (minuut), toegevoegd tussen de oude Romeinse foliering CLXXXIII en CLXXXIIII.
N.B. Uitwendige vorm: Vanaf f. 163 gaat de nieuwe Romeinse foliering (midden boven) door (CCVII etc.)
N.B. Uitwendige vorm: Folio 167 is een los stuk, toegevoegd onder dezelfde nummering als het stuk daarvoor: CCXa.
N.B. Uitwendige vorm: Op f. 186-189 is de oude foliering doorgestreept en vervangen door een nieuwe.