Toen de Romeinen zich vanaf de 3e eeuw terugtrokken uit deze noordelijke gebieden, namen de Friezen geleidelijk hun plaatsen in. Rond 700 woonde in Swesen of Suecsnon, de latere Swesereng, de Friese edelman Wursing op een strook land langs de Vecht. De Friese koning Radbod kon zich tot 718 handhaven in de Vechtstreek. Na het overlijden van de kleinzoon van Wursing, Liudger of St.Ludgerus, schonk hij zijn voorvaderlijke goederen aan de abdij Werden bij Essen (Dld.).
De grondwet van 1848 en de daaruit voortvloeiende gemeentewet van 29 juni 1851 stelden de Raad aan het hoofd van de gemeente. Het bestuur ging bestaan uit een Gemeenteraad van 7 personen, een College van Burgemeester en Wethouders en een burgemeester.
N.B. Vervalt. Opgenomen in de serie bouwvergunningen en bouwtekeningen van de gemeente Utrecht over 1910-1953 onder de nrs. 12181-12829. Deze serie is toegankelijk aan de hand van de Lijst van bouwtekeningen 1910-1953.