Archieven Het Utrechts Archief Het Utrechts Archief

Uw zoekacties: Kaarten en tekeningen van het Provinciaal Bestuur van Utrecht

80 Kaarten en tekeningen van het Provinciaal Bestuur van Utrecht

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
De in dit deel beschreven collectie kaarten, plattegronden en tekeningen zijn van drieërlei herkomst.

1) In de overdracht van het hoofddeel van de provinciale archieven 1813-1920 aan het Rijksarchief in Utrecht d.d. 11 september 1973 was een afzonderlijke collectie kaarten en tekeningen inbegrepen.
Al in de 19e eeuw moeten kaarten afgescheiden van de andere archivalia in de gebouwen van de provinciale griffie bewaard zijn geweest; vgl. de grenskaarten van waterschappen die in de jaren 1860-1865 in groten getale werden gemaakt en die niet bij de archiefexemplaren van de reglementen voor die waterschappen werden ingevouwen en -gebonden. In het verhuisplan d.d. 25 oktober 1915 t. b.v. de inrichting van het nieuw archiefgebouw Achter St. Pieter 20 worden `teekeningen' genoemd. In de provinciale jaarverslagen 1851-1936 wordt over het beheer van de kaarten niets gezegd.
Deze kaarten zijn gecatalogiseerd in een losbladig kaartsysteem door W.F.J. den Uijl, die ze aantrof bij zijn indiensttreding in 1915 als beheerder van de provinciale griffie-archieven en -boekerij. Bij de overdracht aan het Rijksarchief in 1973 is deze catalogus tot en met 1920 uitgetypt in de voorlopige inventaris, pag. 245-290, met behoud van de oorspronkelijke rubricering en volgorde van de beschrijvingen.
De collectie was sinds de tijd van Den Uijl geborgen in portefeuilles, formaat ca. 80x120 cm. Deze portefeuilles werden bewaard in het - nog bestaand - archiefgebouw Achter St. Pieter 200; door de open zijkanten van de portefeuilles hadden de kaarten daar vooral te lijden van stof. In deze zelfde portefeuilles zijn de kaarten aan het Rijksarchief overgedragen. Op de cataloguskaartjes van enkele kaarten was als bergplaats vermeld: 'Verwarmingsbuizen kelder'.
2) Na de overdracht aan het Rijksarchief in 1973 werd een grote verscheidenheid aan kaarten aangetroffen in de - tot 1879 ingebonden, nadien in dozen bewaarde - besluiten van G.S. (en ook enkele in die van de C.d.K.). In overleg met het Rijksarchief heb ik de taak op mij genomen deze op te sporen, te lichten voor zover zij van meer algemeen belang waren en, tezamen met de collectie-Den Uijl, te inventariseren.
Allereerst heb ik via het kleine en goed toegankelijke archief van de provinciale waterstaat 1858- 1879 de archieven van G.S. en de C.d.K. over hetzelfde tijdvak nagetrokken op de aanwezigheid van kaarten. Vastgesteld kon worden dat in dit archiefdeel weinig kaarten voorkwamen. Daarom heb ik de archieven van vóór 1858 niet meer doorgewerkt. De overeenkomstige kaartexemplaren in de archieven van G.S. en C.d.K. 1858-1879 heb ik vervolgens gelicht. In de archieven 1879-1920 heb ik de besluiten stuk voor stuk doorgenomen op de aanwezigheid van kaarten. Hun aantal nam na 1900 explosief toe; gevolg wellicht van de toepassing van nieuwe reproductietechnieken als blauw-, licht- en zinkdruk.
Tekeningen van gering belang heb ik in de betreffende besluiten ingevouwen gelaten (bijvoorbeeld tekeningen betreffende bouwen nabij zee- of rivierwaterkerende dijken, aankoop van percelen voor dijkaanleg door droogmakerijen, aankoop van grondstrookjes voor provinciale wegen, leggen van leidingen; bouw- en andere tekeningen die men primair in gemeente-archieven zoekt). Van alle uit de archieven gelichte kaarten is aantekening gehouden, bij welk besluit van P.S., G.S. of C.d.K. zij behoren.
De materiële staat van deze kaarten was, afgezien van het feit dat zij gevouwen waren bewaard, beter dan die van de eerste groep. Vele kaarten op tekenaarslinnen - een kwetsbaar medium - zijn in goede staat overgeleverd.
3) Tot slot kaarten daterend van voor 1921 uit de bibliotheek van de provincie die niet archiefbescheiden zijn, maar wegens hun inhoud naar verwacht veeleer door de bezoekers van het Rijksarchief dan door de zittende provinciale functionarissen zullen worden geraadpleegd.

Voor het ordenen en beschrijven van de kaarten heb ik geraadpleegd:
- F.E.Ch. Hoste, K. Zandvliet, 'Het beschrijven en ordenen van kaarten in het archief', Nederlands Archievenblad, LXXXII (1978) 16-24.
- P. Ratsma, 'Beschrijving van de topografisch-historische atlas', Nederlands Archievenblad, LXXIX (1975) 131-152.
- [Werkgroep A.R.A.], 'Terminologie voor grafische archivalia', Nieuws van Archieven, VI (1987) 258-264.
Den Uijl had zijn collectie kaarten thematisch geordend volgens een rubriekenstelsel, vermoedelijk van eigen vinding. De hoofdindeling was:
I. Overzichtskaarten van Rijk; provincie; gemeenten; waterschappen.
II. Kaarten voortgekomen uit de taakuitvoering door de provincie c.q. het toezicht uitgeoefend door de provincie op gemeenten en waterschappen.
Bij het ordenen van het geheel aan kaarten heb ik de indeling van hoofdrubriek I gehandhaafd; hoofdrubriek II heb ik heringedeeld en zo veel mogelijk in overeenstemming gebracht met de afdelingen van de inventaris van de provinciale archieven 1813-1920.
De wijze van beschrijving van Den Uijl heb ik niet overgenomen. Het beschrijven van archiefbescheiden-tevens-kaarten stelt zijn eigen eisen, zoals moge blijken uit de hierna gegeven verantwoording van de elementen van de kaartbeschrijving.
In zijn catalogus heeft Den Uijl geen aantekening gehouden van de archiefbescheiden waarvan de kaarten deel uitmaakten. Deze omissie - een archiefkaart is geen zelfstandige productie maar onderdeel van een bestuursbesluit of ambtelijke brief - moest zo goed mogelijk worden hersteld. Gelukkig trof ik in veel gevallen aantekeningen op de kaarten zelf aan: 'Behoort bij besluit van . . . d.d. . . ., nr. . . . '. Waar dit niet het geval was, kon ik in tamelijk veel gevallen door speurwerk de herkomst vaststellen. Een aantal kaarten, hoewel stellig archiefbescheiden zijnde, heb ik niet kunnen terugvoeren tot een bepaald besluit.
De inventarisatie is in 1988 afgesloten.
De kaarten en plattegronden zijn als losse exemplaren of als bijeenbehorende set bladen beschreven. Als regel heeft elk los exemplaar/elke set gediend in een en dezelfde zaak, vaak één besluit, van P.S., G.S. of C.d.K. Aanvankelijk had ik dan ook, naar analogie van de nummering gebruikt voor andere archiefbescheiden, het enkele stuk of de omslag, zowel de enkelbladige en meerbladige kaarten als de uit meerdere kaarten en plattegronden bestaande eenheden, elk één volgnummer gegeven, en, waar zich dit voordeed, de afzonderlijke kaarten of plattegronden gespecificeerd met ondernummers. Het Rijksarchief echter wenste, dat de kaarten niet per eenheid (enkeling of set) maar per blad of meerbladige compositiekaart uitleenbaar zouden zijn, en dat de nummering zou passen in het nieuw in te voeren archiefbeheersysteem Archeion, zodat de kaarten in zo kort mogelijke tijd opgezocht kunnen worden. Om die reden heeft men in het Rijksarchief een omnummering aangebracht, waarbij overigens de blokbeschrijvingen zijn gehandhaafd. Deze omnummering is onder verantwoordelijkheid van het Rijksarchief ook verwerkt in de door mij gemaakte index van geografische namen.
Het verschil tussen de hoofdbeschrijving van een kaartenset en afgeleide beschrijvingen van de samenstellende bladen wordt thans geaccentueerd door inspringen van de tekst.
Gegevens per beschrijving
Inventaris
11. Waterstaat
11.1. Afwatering
N.B. Voor waterwegen t. b.v. scheepvaart zie: Verkeer en Vervoer.
583 Kaart der Geldersche Vallei [met opgave van oude streek- en plaatsnamen].
[Schaal ca. 1 : 120.000].
Anoniem, 1842.
Steendruk, gekleurd; 1 blad, 41 x 34 cm.
80 Kaarten en tekeningen van het Provinciaal Bestuur van Utrecht
Inventaris
11. Waterstaat
11.1. Afwatering
583
Kaart der Geldersche Vallei [met opgave van oude streek- en plaatsnamen].
[Schaal ca. 1 : 120.000].
Anoniem, 1842.
Steendruk, gekleurd; 1 blad, 41 x 34 cm.
NB:
Behoort bij [H.M.A.J. van Asch van Wijck], De Verbetering der waterafleiding in de Geldersche Vallei in verband met de daarstelling eener kanaalvaart in deze landstraak (Utrecht, 1842).

Kenmerken

Datering:
1813-1920
Toegangstitel:
Inventaris van de verzameling kaarten en tekeningen van het Provinciaal Bestuur van Utrecht 1813-1920
Auteur:
A.N. Beets
Datering toegang:
1991
Openbaarheid:
Volledig openbaar
Rechtstitel:
Overbrenging van een overheidsarchief
Omvang:
1969 bladen kaarten
Rubrieken:
Thema trefwoorden: