Archieven Het Utrechts Archief Het Utrechts Archief

Uw zoekacties: Fundatie Pelt te Utrecht

812-2 Fundatie Pelt te Utrecht

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
In 1717 overleed Steven Pelt, doctor medicinae en telg uit een bekend rooms-katholiek geslacht ter stede. Zijn vrouw en kinderen waren hem voorgegaan in de dood en zijn niet onaanzienlijk vermogen-onder meer bestaande uit op hem vererfde goederen van de families Portengen (hij was getrouwd met Anthonia Paulina Portengen) en Moreelse (de schilder Paulus Moreelse was de grootvader van Anthonia Paulina, burgemeester Hendrik Moreelse was haar oom) verviel aldus op zijn nog enige levende broer, Gerardt Pelt, pastoor in Zoeterwoude. Nadat hij dit ambt in 1720 op 72-jarige leeftijd had neergelegd, vestigde hij zich in Utrecht en overleed daar in 1724. Daarna werd uitvoering gegeven aan zijn in 1717 gesloten testament, waarin hij al zijn goederen vermaakte aan de Rooms-katholieke Aalmoezenierskamer. Na het schisma van 1723 handhaafden de rooms-katholieken (de paterszijde) en de oud-katholieken (de cleresiezijde) nog tot 1746 hun gemeenschappelijke armenzorg. In dat jaar werd een scheiding aangebracht en kende ieder kerkgenootschap voortaan zijn eigen aalmoezenierskamer. De inkomsten uit de goederen van de fundatie Pelt werden vanaf dat jaar gelijkelijk onder de beide instellingen verdeeld.
Een deel van de stukken was eerder beschreven in een inventaris van mevrouw S. van Leeuwen, waarin ook stukken van de fundaties Schoormond en Willem van Drielenburch waren opgenomen (zie toegang 23). Hieraan zijn toegevoegd stukken die werden aangetroffen in de kamer van een vertrekkende archiefambtenaar. Bij de stukken bevond zich een schrijven van een administrateur van de fundaties Pelt en Schoormond aan zijn opvolger, ten geleide van twee kisten archivalia van deze fundaties.
Het archief heeft nu een omvang van ruim 1 m1.
maart 1991, A. Pietersma
Literatuur
Inventaris

Kenmerken

Datering:
1407-1937
Toegangstitel:
Inventaris van het archief van de Fundatie Pelt 1407-1937
Auteur:
A. Pietersma
Datering toegang:
1991
Openbaarheid:
Volledig openbaar
Rechtstitel:
De rechtstitel is (nog) onbekend
Omvang:
1,13 m zuurvrije dozen
Archiefvormer(s):