Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.
Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:
• Kenmerken van het archief • Inleiding op het archief • Inventaris of plaatsingslijst • Eventueel bijlagen
De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.
De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.
De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.
Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.
In de Genealogie van den huize van Coenen of Coenen (ca. 1840) wordt al melding gemaakt van een stamboom van de familie uit het jaar 1720. Ook Jacob Diederik Coenen van 's Gravesloot heeft samen met zijn broer Isaac Jan in 1828 door Jacobus Scheltema ook een genealogie laten opmaken aan de hand van de familiepapieren * . Zoals reeds vermeld, is het familiearchief, met uitzondering van het gedeelte na 1883, verzameld en bewaard door Jan François Leonard Coenen van 's Gravesloot. Hij schijnt het uitzoeken van zowel zijn directe familie als aanverwante families als een levenswerk beschouwd te hebben. Vele kwartierstaten en genealogieën die door hem zijn opgesteld en/of vervaardigd zijn in dit archief aanwezig. De vele originele stukken die hij heeft verzameld betreffende aanverwante families zijn ondergebracht onder aparte kopjes. Zo zijn er veel stukken betreffende de familie De Veer, via welke delen van de heerlijkheid Callantsoog in bezit van de familie Coenen zijn gekomen. Daarnaast bevinden zich ook veel stukken van deze heerlijkheid zelf in dit archief. Het oudste stuk, een akte van Philips van Bourgondië, dateert van 1464.
Deze inventaris, nrs. 412, 413.
De verzamelwoede van Jan François Leonard, die allerlei stukken, in origineel of als afschrift, die direct of indirect met zijn familiegeschiedenis te maken hebben gehad, bijeen wist te brengen heeft er toe geleid dat dit archief voor een groot deel het karakter van een verzameling heeft, meer dan van een echt familiearchief. Jan François Leonard heeft dergelijke stukken vooral verzameld met het oog op het samenstellen van zo compleet mogelijke genealogieën. De zeer fraaie tekeningen van de huizen Kronenburg en Zegenwerp en van de kastelen te IJsselmonde en Loenersloot door H. Knip, zijn waarschijnlijk gemaakt in opdracht van Jan François Leonard. Deze tekeningen waren bedoeld ter illustratie van de genealogie van het geslacht Coenen. Een gedeelte van het archief betreft de plantage St. Barbara te Suriname. Deze plantage is nooit in het bezit van de familie Coenen (van 's Gravesloot) zelf geweest maar is door vererving van de familie Varlet overgegaan op Sara Johanna Balthazarina van der Upwich, echtgenote van Jacob Diederik Coenen van 's Gravesloot, en haar zus Carolina Johanna. In 1847-1848 hebben beide zusters de plantage aan verschillende personen verkocht. Onder de in de familie achtergebleven stukken is van bijzonder belang een kaartboek met kaarten en tekeningen vanaf ca. 1720 met plattegronden en bouwtekeningen van het woonhuis op de plantage (1839).
Een ander deel van het archief betreft het College van de Malen op het Hoogland. Jan François Leonard Coenen van 's Gravesloot was lid van dit college en heeft het archief van het college van de Malen geïnventariseerd * . Het archief van de Malenlanden op het Hoogland bevindt zich in het stadsarchief Amersfoort maar omdat meerdere leden van de familie Coenen lid zijn geweest van het college zijn er ook archiefstukken in dit familiearchief terecht gekomen. Het betreft stukken uit de periode 1617-1877. Het familiearchief zoals in deze inventaris beschreven, werd in 1989 door de familie aan het Rijksarchief in Utrecht in bewaring gegeven. Tot die tijd is het bewaard door Pieter François Coenen van 's Gravesloot te Edmonton in Canada. Voor zover bekend berusten daar geen stukken meer en is het gehele archief overgedragen. De enkele schilderijen, die zich bij het archief bevonden, zijn overgedragen aan het Iconografisch Bureau te 's-Gravenhage en niet in deze inventaris beschreven.