Archieven Het Utrechts Archief Het Utrechts Archief

Uw zoekacties: Ridderlijke Duitsche Orde Balije van Utrecht

RDO_NA Ridderlijke Duitsche Orde Balije van Utrecht

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
Bij decreet van 27 februari 1811 werd de Balije van Utrecht van de Ridderlijke Duitsche Orde door keizer Napoleon opgeheven. De bezittingen van de Orde moesten worden verkocht en de archieven zouden moeten worden overgebracht naar Parijs. Mede door traineren van betrokken ambtenaren is het daar niet van gekomen.
De dan in Den Haag gevestigde Orde, zij had in 1807 tijdens de Bataafse Republiek al afstand moeten doen van haar onderkomen in Utrecht, wordt in bij wet van 8 augustus 1815 weer erkend. Ook kreeg de Orde haar bezittingen weer terug.
Het Duitse Huis in Utrecht, het onderkomen van de Orde voor 1807, kreeg de Orde echter niet terug. De Orde vond in 1817 een nieuw onderkomen aan de Hofpoort in Utrecht. In 1995 werd het Duitse Huis echter weer terug verkregen en sindsdien huist de Orde weer op haar oude locatie aan de Springweg.
In de 19e eeuw ontwikkelt de Orde zich verder als Protestantse charitatieve instelling. De inkomsten worden vooral verkregen uit het uitgebreide goederenbezit. Thans bezit de Orde nog altijd een aanzienlijke hoeveelheid landerijen verspreidt over heel Nederland. De winst uit deze goederen wordt voornamelijk besteed aan individuele hulpverlening en sociale projecten voor hulpbehoevenden.
Voor toelating tot de Orde was aanvankelijk de Nederlandse of Duitse nationaliteit vereist. Vanaf 1937 werden geen Duitsers meer toegelaten en in 1946 werden de resterende Duitse leden uit de Nederlandse Orde verwijderd. Het aggregatierecht of het recht van benoeming en bevordering van leden van de Orde ligt bij het Nederlandse staatshoofd. Benoemingen of bevorderingen geschieden derhalve bij Koninklijk Besluit. De kandidaat-leden of ridder-expectanten moesten aanvankelijk 16 kwartieren van oude adel, d.w.z. van vòòr 1795 in hun familiewapen hebben. Later is dat afgezwakt tot 4 kwartieren. Deze eis heeft tot 2006 stand gehouden.
De archieven van de Orde zijn, behoudens een korte periode na 1811, altijd onder eigen beheer gebleven. Aan de Hofpoort had de Orde daartoe, net als nu aan de Springweg, een eigen archiefbewaarplaats. De archieven uit de periode voor 1811 zijn uitgebreid beschreven en in een inventaris gepubliceerd. De archieven van na 1811 zijn in de afgelopen decennia door verschillende personen bewerkt, doch van een echte publicatie is het niet gekomen. In deze inventaris zijn alle beschrijvingen, die tot nu toe zijn gemaakt, opgenomen. Deze concept- inventaris is derhalve nog niet volledig. Het is de intentie om deze beschrijvingen komende jaren tot 2006 aan te vullen. Deze datum is gekozen i.v.m. de wijziging in de toelatingseisen van ridder-expectanten in dat jaar. Het archief geeft een volledige indruk, er lijkt niet of nauwelijks uit vernietigd te zijn.
H.A.R. Hovenkamp
Het Utrechts Archief
2017
Inventaris
De Duitse Orde van 1815 tot ca. 1955
Het Kapittel
Edel- en ridderexpectanten
137.0 Staat der aan de leden en expectanten uit te keren pensioenen en schadeloosstellingen welke bij Z.M.’s besluit van 08-08-1815 met ingang van 01-01-1814 waren ingetrokken, 1815.
RDO_NA Ridderlijke Duitsche Orde Balije van Utrecht
Inventaris
De Duitse Orde van 1815 tot ca. 1955
Het Kapittel
Edel- en ridderexpectanten
137.0
Staat der aan de leden en expectanten uit te keren pensioenen en schadeloosstellingen welke bij Z.M.’s besluit van 08-08-1815 met ingang van 01-01-1814 waren ingetrokken, 1815.
Omvang:
1 omslag.

Kenmerken

Datering:
1815-1955
Toegangstitel:
Inventaris van het het archief van de Ridderlijke Duitsche Orde Balije van Utrecht 1815-1955
Notabene:
Dit archief berust in het depot van de Ridderlijke Duitsche Orde aan de Springweg te Utrecht. Het kan voorkomen dat de scans van de charters niet aan het juiste subnummer gekoppeld zijn. Treft u een foutje aan? Laat het ons weten via inlichtingen@hetutrechtsarchief.nl
Categorie:
  • Zonder categorie