- een lokaalspoorweg van Rotterdam (-Hofplein) naar Den Haag en Scheveningen, waarvoor op 3 juni van dat jaar concessie was verleend aan J. van Heurn (de eerste directeur van de maatschappij) en N.J. Beversen;
- eventuele uitbreidingen daarvan;
- andere lokaalspoor- of tramwegen.
Ook was zij bevoegd tot het leveren van elektrisch licht en elektrische kracht en verder alles dat volgens de Raad van Commissarissen met haar voorgeschreven werkkring in verband stond, dit uitsluitend met toestemming en op voorwaarden van de Minister van Waterstaat, Handel en Nijverheid.