Na 1965 brak er in Nederland een periode  van groeiende welvaart aan. De woningnood na de Tweede Wereldoorlog was grotendeels opgelost door grote woningbouwprojecten. De persoonlijke wensen en omstandigheden van bewoners werden steeds belangrijker en in 1968 lanceerde Minister Schut van Volkshuisvesting het programma “Experimentele Woningbouw 1968-1980”. De bedoeling was om initiatieven voor het nieuwe wonen te stimuleren. In het hele land ontstonden nieuwe woonvormen en woonstijlen zoals wijken vol kleine hofjes, woongroepen, communes en nieuwe vormen van hoogbouw.

Eén project binnen dit volkshuisvestingsprogramma richtte zich specifiek op het veranderen van het standaard ontwerp van flats. In plaats van flats met lange galerijen en  een standaard woonindeling, begon men te experimenteren. Denk aan  meerdere soorten woningen in één gebouw, verschillende indelingen per appartement en flexibele opstellingen  met schuifwanden.  Overvecht was een typisch voorbeeld van een wederopbouwwijk uit de jaren 60 vol hoogbouw met dezelfde uitstraling en standaard woningen. Deze wijk was daarom de perfecte plek om deze experimentele woningen te ontwikkelen.

Het Utrechts Archief beschikt over foto’s van één van deze woningen aan  de Marowijnedreef in Overvecht. De flat had  flexibele wanden, zodat bewoners de ruimte naar  eigen inzicht konden indelen. . Vier woningen lagen rond een centrale hal en trappenhuis. Deze hal  was bedoeld om meer sociale interactie te krijgen tussen de bewoners en zij mochten de hal samen een bestemming geven. Vaak als speelplek voor de kinderen maar soms ook als gezamenlijke opslag of atelierruimte. De hal en het bijbehorende centrale trappenhuis zorgden dat de galerijen met voordeuren verdwenen. Ook kregen de  woningen  een balkon met veel privacy en zelfs  het omringende park werd samen met de bewoners ingericht.

In totaal werden er 183 experimentele woningen gebouwd  aan de Carnegiedreef, Pernambucodreef, Cayennedreef, Sao Paolodreef, Trinidaddreef en de Marowijnedreef. In 2017 zijn deze Experimentele flats aangewezen als gemeentelijk monument om vooral de bijzondere plattegrond van de woningen en de  centrale hal te beschermen.