Moe en hongerig wachten op de koning

Al kort na zijn troonsbestijging in juni 1806 kondigt Lodewijk aan Utrecht te bezoeken. Koortsachtig worden voorbereidingen getroffen: er wordt een koninklijke vlag gemaakt en prachtig vergulde stadssleutels die tijdens het speciaal opgestelde feestprogramma moeten worden uitgereikt. Maar als de stad er klaar voor is, besluit Lodewijk in plaats daarvan naar Wiesbaden te gaan voor een badkuur. De koning zal vaker opeens zijn plannen omgooien. Meerdere keren wordt de hele stad klaargemaakt om de koning feestelijk te ontvangen, maar steeds komt er iets tussen. Zo staat het stadsbestuur op 12 juni 1807 de hele dag met de stadssleutels te wachten bij de Catharijnepoort: “Het wierd middag, het wierd 1,2,3,4 uuren en de Koning kwam niet! De één wierd ongeduldig, de ander klaagde van den honger, en niemand dorst zig buiten de Cathrijnen te begeven. (…) Een ieder was het noodzakelijkheid, van met hongerige maag en ledige buit na zijn huis te keeren”, schrijft apotheker Hendrik Keettell in zijn dagboek. En ook de dag erna komt de koning niet. Op 2 augustus wordt er echter begonnen met de bouw van een koninklijk paleis. Nu zal de koning dan toch echt in stijl ontvangen kunnen worden. Men wacht enkele weken, maar op 28 oktober komt er verbazingwekkend nieuws: de koning is onopgemerkt de stad ingekomen en zit rustig pijp te roken in het Paushuis, waar hij zolang verblijft. Geen grote intocht dus. Maar wat maakt het uit, nu Lodewijk dan officieel naar Utrecht is verhuisd?

 

27506 Wittevrouwenstraat 1807
De Wittevrouwenstraat voor de verbouwing, met de namen van de eigenaars onder de huizen

Een paleis in sneltreinvaart

Er wordt grote vaart achter de bouw van het nieuwe paleis gezet. In eerste instantie werken er 80 werklieden, maar dat aantal wordt al snel uitgebreid tot 130 en eind oktober lopen er al 200 werklieden rond. Er wordt dag en nacht gewerkt, zelfs op zondag. Aan de Wittevrouwenstraat worden de aangekochte huizen op één na (het Huis Taets van Amerongen) afgebroken. Daar komt de hoofdingang van het nieuw te bouwen paleis, terwijl aan de Drift de personeelsingang komt. Bij de huizen aan de Drift worden muren doorgebroken en gangen bij kamers getrokken om een koninklijke residentie te creëren. Om het metselwerk sneller te laten drogen wordt er flink gestookt in alle kamers, wat zelfs nog tot een brand leidt.

Altijd wat te doen

De koning zorgt verder voor bedrijvigheid door voor de hele week vermaak te regelen: elke maandag wordt er een concert gegeven, dinsdag is er Frans toneel, woensdag een bal of concert aan het hof, op donderdag is er ‘Hollands’ toneel, dan vrijdag een publiek concert en tot slot is er op zaterdag een Franse opera. Doordat alle ministeries naar Utrecht worden verplaatst, wordt het druk in de stad. Maar helaas, die drukte duurt niet lang.

32912 Lodewijks daden Verzamelprent voor kinderen over de regering van koning Lodewijk, uit ca. 1810

Hoofdstad voor een half jaar

Het nieuwe paleis – dat nog niet eens af is – voldoet toch niet helemaal aan Lodewijks eisen. Het is te klein en te benauwend. En ook Utrecht bevalt Lodewijk niet echt, zeker niet nadat in januari de schouwburg op het Vredenburg is afgebrand. Als de bestuurders van Amsterdam hem het stadhuis op de Dam als paleis aanbieden, aarzelt hij dan ook niet. Op 20 april 1808 vertrekt hij naar zijn nieuwe onderkomen. Het paleis in Utrecht wordt één van de vele extra woningen van de koning, en Utrecht is geen hoofdstad meer. Het is een grote klap voor de Utrechters, zeker omdat ook de ministeries Utrecht verlaten. Alleen de Rijksmunt blijft achter. In de Paasweek van 1810 verblijft Lodewijk voor het laatst aan de Wittevrouwenstraat. Wat met hoge verwachtingen begon, kwam alweer vroeg ten einde.