De tweede categorie bevat stukken waarvan de archivistische vormer niet met zekerheid vastgesteld kan worden en waarvan de herkomst als zodanig onduidelijk is. Voorbeelden hiervan zijn gedrukte stukken die in oplage verspreid zijn en eigendomsbewijzen.
Voor indeling in categorie 1 geldt ten slotte als extra criterium dat de familie of de persoon substantieel archief gevormd moet hebben. Een enkele ingekomen brief of een verkregen eigendomsbewijs bijvoorbeeld wordt niet aangemerkt als fragmentarchief, maar als los archiefstuk. In die hoedanigheid wordt het opgenomen in categorie 2.
476-479 ‘Afschriften van de aan André gezonden dagboekbrieven te beginnen 21 aug. 1943’, afschriften door Jacobus (Jacques) Bouwman van dagboeken, door hem en zijn echtgenote Elisabeth Maria van Liefland tijdens en kort na de Duitse bezetting bijgehouden en gericht tot hun zoon Adrianus Anthonius (André), 1943-1945. Afdrukken van digitale reproducties