Archieven Het Utrechts Archief Het Utrechts Archief

Uw zoekacties: Kapittel van Sint Marie te Utrecht

221 Kapittel van Sint Marie te Utrecht

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
Kapittel van Sint Marie te Utrecht
Verantwoording
Aanbevolen literatuur
Inventaris
5. Particuliere stukken van leden en ambtenaren van het kapittel
5.2. Papieren van de rentmeester van het kapittel, mr. Johan van Cootwijck
221 Kapittel van Sint Marie te Utrecht
Inventaris
5. Particuliere stukken van leden en ambtenaren van het kapittel
5.2.
Papieren van de rentmeester van het kapittel, mr. Johan van Cootwijck
NB:
Mr. Johan van Cootwijck, gesproten uit het eerste huwelijk van zijn gelijknamige vader, is geboren vóór 1565 (In dat jaar herriep vaders tweede vrouw haar huwelijksvoorwaarden, zie inv.nr. 2675-6). Hij was een reiziger: in 1598 maakte hij vanuit Venetië een tocht naar Palestina en Syrië, die hij beschreef in zijn Itenerarium Hierosolymitanum et Syriacum (Antwerpen, 1619); in 1599 kwam hij in Venetië terug, waar hij in 1601 nog vertoefde (Burman, Traiectum eruditum, p. 81). In 1603 was hij weer te Utrecht; op 19 augustus van dat jaar werd hij voor het Hof beëdigd als advocaat (zie inv.nr. 274 in het archief van het Hof van Utrecht 1530-1811). Zijn vader, die te Utrecht verschillende administraties voerde, heeft hem in dat jaar daaraan deel gegeven. Op 3 februari 1603 stelde hij hem aan tot mede-executeur van het testament van Adr. Willemsz. van Dashorst. Sinds 20 december 1603 echter treedt naast de zoon als executeur op diens halfbroer Peter van Cootwijck; zij noemen zich dan 'gesubstitueerde' executeurs (zie inv.nrs. 2677)-1 t/m 2677-2). Vermoedelijk is dus de vader in hetzelfde jaar overleden. Later is de zoon rentmeester van St. Marie geworden: hij stierf in 1629 (zie over zijn familieverwantschappen de door hem opgestelde 'Boom van Andryes Jacobss. ons overgrootvader' achter in inv.nr. 2675-2)
Bijlage
Regesten
N.B. Het betreft een overzicht van charters die digitaal raadpleegbaar zijn via de website. Vooralsnog bevatten deze regesten uitsluitend de dateringen van de betreffende oorkonden
Erfgoedstuk

Kenmerken

Datering:
1108-1811
Toegangstitel:
Inventaris van het archief van het kapittel van Sint Marie te Utrecht 1108-1811 (1817)
Auteur:
B.M. de Jonge van Ellemeet, bewerkt door H.A.R. Hovenkamp
Datering toegang:
1937
Datering bewerking:
2006, 2019
Openbaarheid:
Volledig openbaar
Rechtstitel:
Overbrenging van een overheidsarchief
Omvang:
159 charters; 90 bladen kaarten; 3 bladen tekeningen; 142,79 m oude verpakking
Rubrieken: