Archieven Het Utrechts Archief Het Utrechts Archief

Uw zoekacties: Archieven, bewaard bij het stadsbestuur van Utrecht, behoren...

709 Archieven, bewaard bij het stadsbestuur van Utrecht, behorende aan de stad ('Bewaarde archieven II')

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
Inleiding
Bewerkingsgeschiedenis
Inventaris
4. Archief van regenten van het Krankzinnigengesticht (Dolhuis) (1416) 1461-1859 (1947)
4.1. Toelichting
709 Archieven, bewaard bij het stadsbestuur van Utrecht, behorende aan de stad ('Bewaarde archieven II')
Inventaris
4. Archief van regenten van het Krankzinnigengesticht (Dolhuis) (1416) 1461-1859 (1947)
4.1.
Toelichting
In het midden der 15e eeuw was er te Utrecht blijkbaar behoefte aan eene inrichting voor het bewaren van krankzinnigen. In de jaren 1457 en 1458 vinden wij Herman de Veer bezig met den aankoop van drie vierendeelen van een huis op het St. Nyclaes-enge 'tot behoeff dat alendige gasthuys, gelegen bij Sinter Nyclaes-kerchhoff' (zie hierna nr. 2569). En het volgende jaar 1459 ontmoeten wij den priester Aernt Eelgissoen als 'procuratoir' van hetzelfde gasthuis, die zeker giften daarvoor opzamelde (zie inv.nr. 1564). Destijds werden dus in een (ten deele gehuurd) huisje bij het St. Nicolaaskerkhof krankzinnigen verpleegd en zamelde men geld daarvoor in. Maar de zaak schoot blijkbaar niet op; want wij vernemen, dat Willem Arntss., die in 1461 reeds overleden was, kort voor zijn dood aan de broederschappen van de St. Barbara- en St. Bartholomeus-gasthuizen eene belangrijke gift geschonken had op de uitdrukkelijke voorwaarde, dat 'die broeders voerseyt binnen jaers na zijnre doot een huus daartoe begrypen, om die armen, ellendighen, dollen menschen daerin te herberghen' (zie de akte d.d. 1461, inv.nr. 2514). Toen kon natuurlijk het laatste vierendeel van het huis ook gekocht worden; men kon het huis afbreken en vervangen door een voor het doel ingericht gebouwtje. Zoo is dan ook geschied: op Alre Apostelendach 1460 'beliefden de raden out ende nye, dat gasthuys van die dulle luden te tymmeren by sunter Claes kerchoff. dairt begonnen is.' *  En het volgend jaar, op maandag na Pauli conversio 1461, verleende de raad zijne goedkeuring aan deze stichting, die bestemd werd voor zes krankzinnigen, die minstens drie jaren te Utrecht gewoond hadden (zie inv.nr. 2514 *  )
In 1551 stelden de huismeesters der beide gasthuizen een reglement vast op het beheer, waarbij bepaald werd, dat twee broeders uit de beide gasthuizen samen huismeesters van het Dolhuis zijn zouden *  ; het gesticht verkreeg dus reeds zekere zelfstandigheid. Op den duur bleek echter deze regeling niet te voldoen: het stedelijk bestuur richtte in 1582 eene broederschap op voor het zelfstandig beheer van het huis, en 7 oktober 1583 werd daarna door dit bestuur de verhouding der beide gasthuizen tot het Dolhuis, die voortaan zuiver financieel zou zijn, geregeld *  ; de broederschapsbrief is verloren. De broederschap beheerde het gesticht zonder noemenswaardige verandering tot 1859 toe, toen door de bekende bemoeiingen van prof. Schroeder van der Kolk eene geheele reorganisatie der inrichting plaats had, die leidde tot de aanstelling van een geneesheer-directeur. Het archief van deze laatste periode berust in het Krankzinnigen-gesticht.
Bijlage
Regesten
Erfgoedstuk

Kenmerken

Datering:
1289-1863
Toegangstitel:
Inventaris van de bij de archieven van het stadsbestuur van Utrecht bewaarde archieven, behorende aan de stad ('Bewaarde Archieven II'), 1289-1863 (1947)
Auteur:
W.C. Schuylenburg en J.G.C. Joosting
Datering toegang:
1917
Datering bewerking:
1996, 2006, 2013
Openbaarheid:
Volledig openbaar
Rechtstitel:
Overbrenging van een overheidsarchief
Omvang:
79,5 m